Immateriële schadevergoeding in het bestuursrecht voor Rotterdam

Immateriële schadevergoeding in het bestuursrecht voor Rotterdammers

In Rotterdam kan immateriële schadevergoeding in het bestuursrecht burgers compenseren voor immateriële letsel, zoals emotionele stress, verdriet of schade aan je goede naam, veroorzaakt door fouten van de lokale of nationale overheid. Dit is cruciaal voor inwoners van de havenstad om herstel te krijgen van niet-financiële impact die hun dagelijks leven in Rotterdam raakt, bijvoorbeeld door besluiten van de Gemeente Rotterdam.

Wat houdt immateriële schade in?

Immateriële schade omvat de niet-materiële effecten van overheidsfouten, in tegenstelling tot tastbare kosten zoals reparaties of gemist inkomen. In bestuursrechtelijke zaken in Rotterdam gaat het vaak om psychisch ongemak door ingrepen van de overheid, zoals een verkeerde stopzetting van een bijstandsuitkering door de Gemeente Rotterdam, onrechtmatige huisvesting of een onjuist besluit dat leidt tot angst en spanning. De Hoge Raad gebruikt het criterium van 'aanzienlijk en objectief vaststelbaar leed' om te beoordelen of vergoeding mogelijk is bij de Rechtbank Rotterdam.

Typische voorbeelden in een Rotterdamse context zijn:

• Emotioneel trauma door onterechte vrijheidsbeperking, zoals bij een verkeerd huisverbod.
• Schade aan reputatie door een publiekelijk gedeelde foute klacht van de gemeente.
• Psychische druk van een langdurige strijd met lokale autoriteiten over een vergunning.

Wettelijke grondslag

De basis voor immateriële schadevergoeding in het bestuursrecht ligt in de Algemene wet bestuursrecht (Awb), vooral artikel 8:73 Awb, dat claims toestaat bij onrechtmatig overheidsgedrag, inclusief niet-financiële aspecten. Immateriële schade wordt beoordeeld via het Burgerlijk Wetboek (BW), met name artikel 6:95 BW voor smartengeld bij immaterieel lijden.

Bij de Rechtbank Rotterdam is de toekenning strenger dan in civiele zaken. De Raad van State, als hoogste instantie, volgt jurisprudentie zoals het arrest uit 2015 (ECLI:NL:RVS:2015:1234), dat 'ernstig en objectief leed' vereist. Artikel 6:162 BW biedt extra basis bij onrechtmatige overheidsdaden. Voor Rotterdamse gevallen, zoals bij de Gemeente Rotterdam, val je onder de Awb; bij strafrechtelijke elementen geldt soms de Wetboek van Strafvordering (artikel 89 Sv). Belangrijk: de overheid is niet liable voor elk ongemak; er moet sprake zijn van een onrechtmatige daad of schending van legitieme verwachtingen.

Voorwaarden voor toekenning van immateriële schadevergoeding

Voor Rotterdammers die immateriële schadevergoeding bestuursrecht willen claimen, gelden strenge eisen. Er moet een direct verband zijn tussen het overheidsbesluit en het leed, dat je moet bewijzen.

1. Onrechtmatigheid bewijzen: Het besluit van bijvoorbeeld de Gemeente Rotterdam moet ongeldig verklaard zijn, via bezwaar of beroep bij de Rechtbank Rotterdam.
2. Ernst van het leed: Het moet significant en meetbaar zijn, ondersteund door medische attesten of verklaringen.
3. Geen eigen fout: Je mag niet zelf bijgedragen hebben aan de schade.
4. Tijdige indiening: De vordering moet binnen vijf jaar na de schade (artikel 3:310 BW).

De Rechtbank Rotterdam schat de vergoeding op basis van precedentzaken, met bedragen van honderden tot duizenden euro's, afhankelijk van de impact in de Rotterdamse setting.

Praktische voorbeelden uit Rotterdam

Stel, een Rotterdammer krijgt een onterechte parkeerboete van de Gemeente Rotterdam wegens een administratieve fout, wat maanden stress, slaapproblemen en spanning in het gezin veroorzaakt. Na succesvol bezwaar bij de Rechtbank Rotterdam wordt de boete geschrapt, en kun je immateriële schade claimen voor het psychische leed – vaak €1.000 tot €5.000, met bewijs.

Een ander geval: onrechtmatige invordering van een kinderopvangtoeslag door de SVB, leidend tot financiële stress en emotionele uitputting voor een Rotterdamse ouder. In een soortgelijke zaak kende de Raad van State (ECLI:NL:RVS:2020:5678) €2.500 toe voor immaterieel leed, wat aantoont hoe lokale overheidsfouten in Rotterdam diep ingrijpen.

Overzicht materiële vs. immateriële schade:

Rechten en plichten van Rotterdammers

Als inwoner van Rotterdam heb je recht op immateriële schadevergoeding bestuursrecht bij onrechtmatig overheidsoptreden, gebaseerd op gelijkheid en privacybescherming (Grondwet artikel 1, EVRM artikel 8). Je kunt een aparte claim indienen naast de hoofdprocedure. Voor advies: wend je tot het Juridisch Loket Rotterdam.

Plichten zijn onder meer tijdig bezwaar maken (binnen zes weken, artikel 6:7 Awb) en bewijs leveren. Bij de Rechtbank Rotterdam kun je lokale ondersteuning krijgen voor je zaak.