Opzeggingsgronden voor verhuurders in Rotterdam: wanneer mag het?

In Rotterdam kunnen verhuurders een huurcontract niet zomaar opzeggen; er moeten geldige opzeggingsgronden zijn, zoals vastgelegd in artikel 7:271 BW. Drie hoofdcategorieën gelden ook hier: dringend eigen gebruik (bijv. voor familie), non-betaling van huur (na sommatie) en wanordelijk gedrag. Voor woninghuur in wijken als Delfshaven of Feijenoord moet de verhuurder bewijzen dat geen redelijk alternatief bestaat, rekening houdend met de krappe Rotterdamse woningmarkt. Bij eigen gebruik krijgt de huurder voorrang op een alternatieve woning via de gemeente of corporaties zoals Woonbron. De Rotterdamse rechter toetst streng: slechts circa 20% van opzeggingen slaagt, mede door lokaal beschermingsbeleid voor urgente huurders. Procedure: schriftelijke opzegging met reden, gevolgd door mogelijke huurdertoestemming of rechtszaak bij de kantonrechter in Rotterdam. Huurders met urgentie via het Woonbedrijf of de gemeente hebben extra bescherming tegen gedwongen vertrek. Voorbeeld: een verhuurder in Rotterdam-Zuid wil zelf intrekken na pensionering – dit kwalificeert als dringend eigen gebruik mits bewezen met pensioenpapieren. Bij grootschalige verbouwingen in de havenwijk geldt tijdelijke opzegging met herhuisvestingsplicht. Verhuurders riskeren schadeclaims bij onterechte opzegging, plus boetes onder de Rotterdamse Huisvestingsverordening. Huurders kunnen dwangsom eisen bij niet-nakoming. Deze gronden balanceren belangen in de bruisende havenstad en voorkomen willekeur op de overspannen markt. (248 woorden)