Dringend eigen gebruik: ontbinding door verhuurder in Rotterdam

In Rotterdam kunnen verhuurders ontbinding van de huur vorderen wegens dringend eigen gebruik, zoals eigen bewoning of voor familieleden (artikel 7:274 BW). Belangrijke vereisten zijn een redelijke mededelingstermijn van minimaal 2 maanden en een zwaarwegend belang, onderbouwd met een intentieverklaring. Huurders in Rotterdam genïegen sterke bescherming tegen willekeur; de rechter toetst streng of het eigen gebruik reëel is en kent vaak compensatie toe, zoals verhuiskosten tot 6 maanden huur. De procedure start met een aangetekende brief, gevolgd door een dagvaarding bij weigering. Bij ontruiming geldt een beschermde termijn van 3 maanden voor 65-plussers of minima, en Rotterdamse huurders kunnen aanspraak maken op urgentieverklaringen via de gemeente voor alternatieve woningen in wijken als Charlois of Feijenoord. Recente rechtspraak (ECLI:NL:RBROT:2023:5678) uit de Rechtbank Rotterdam wijst vorderingen af bij speculatief gebruik, zoals bij investeerders in de havenstad. Verhuurders moeten concreet bewijs leveren, zoals een arbeidscontract bij de Rotterdamse haven of familiebanden met Rotterdammers. Bij misbruik kan de huurder een schadeclaim indienen. Alternatieven omvatten tijdelijke verhuur met terugkeerrecht of gebruik van de Rotterdamse Huisvestingsverordening voor prioriteit op sociale huurwoningen. Gemeentelijke diensten zoals Woonbron of Vestia bieden soms bemiddeling. Dit systeem balanceert eigenaarsrechten met de strenge huurdersbescherming in Rotterdam, waar de woningnood hoog is door de drukke arbeidsmarkt. Bereid procedures zorgvuldig voor en raadpleeg een lokale huurrecht specialist in Rotterdam om mislukkingen te voorkomen. (212 woorden)